Start | chemie | Afrika | schrijfsels | leuke ideeën | 70 jr |
antiautoritaire opvoeding | Daan van Alten & Wietske Blokker |
antiautoritaire opvoeding
"Het perspectief was politiek: kinderen die opgevoed waren vanuit hun eigen behoeften, zonder prestatiedwang, zichzelf regulerend in hun eerste levensjaren, zouden een andere maatschappij gaan maken. Dat gelooft nu geen hond meer."De oprichting van de eerste kleuterschool of lagere school blijft uit. De kinderen moeten naar een bestaande school, bijvoorbeeld de Burghtschool in Amsterdam. Het schoolhoofd blijkt positief en zegt tegen Jungschleger:
Het is goed dat ze met hun ideeën aan de weg zijn gaan timmeren. Het heeft beslist zijn invloed gehad in het onderwijs. Je hebt in dit vak nooit veel tegenspraak gehad. Ik vond het eigenlijk ook heel gewoon dat ik altijd gelijk had. Dat gelijk van de meester is nu minder vanzelfsprekend geworden.Ook spreekt Jungschleger met psycholoog Welsen in Nijmegen, die als volgt de kinderen analyseert:
Op de Burghtschool is men het erover eens dat de antiautoritairen de koplopers waren van een veel grotere groep die in de afgelopen vijf, zes jaar andere ideeën begon te krijgen over autoriteit en gezag.
Ze zijn meer gericht op de relatie met andere mensen dan de meeste kinderen in hun klas. Als ze met hun werk klaar zijn, beginnen ze meteen een praatje. Ze vervallen niet tot friemelgedrag als ze even niets te doen hebben. Ze praten makkelijk en vrij met volwassenen. Kunnen het ogencontact lang volhouden, dat is een opvallend kenmerk.Een onderwijzeres van de eerste klas daar in Nijmegen vindt de antiautoritaire kinderen in haar klas vitaal en geconcentreerd. Het zijn kinderen waar je veel mee kunt doen, en ze staan vrij tegenover volwassenen, is haar indruk.
"Antiautoritair opvoeden is opvoeden tot verzet tegen de onderdrukkers"Van Soest vraagt zich af of de antiautoritaire beweging vanaf nu een nieuw tijdperk ingaat, kleiner, hechter en politiek duidelijker van snit? De congresleden vinden, volgens haar, het antiautoritaire idee te belangrijk om geruisloos ten onder te laten gaan. Zij bespeurt voldoende animo en strijdvaardigheid. Er is een stuurgroep gevormd die gaat onderzoeken wat anno 1975 de gemeenschappelijke doeleinden kunnen zijn.
of:
"Voedt kinderen op tot weerbare mensen die autonoom kunnen beslissen, kritisch zijn en onderling hecht verbonden. Dit mensensoort is niet te manipuleren, maar zal altijd zelf blijven denken."
"We kijken nu heel anders tegen opvoeding aan. Je merkt nu toch ook dat er een genetisch gegeven is. Als baby al lag Lenie in de wieg, zo van 'hier ben ik'. Die nam met één maand, zelf de fles ter hand, en dan sliepen wij lekker door. Ons tweede kind trok meer aandacht, al in de wieg. Een heel ander kind. Dus ja, wat zegt een opvoeding?"
Zij: "Ik zou 't nu anders doen, want de tijd is anders."
Hij: "De tijd lag er toen braak voor. 't Kan nu niet meer zo."
Zij: "De crèche is nu niet te vergelijken met wat wij aantroffen. De crèche van onze kleinzoon is hartstikke goed verlicht, fris gekleurd, leuke slaapplaatsen. Je kan je vingers erbij aflikken. Wel is het nu geïnstitutionaliseerd, onder beheer van de stadsdeelraad, ingepakt. De betrokkenheid van de ouders is veel minder."
Zij: "Dat kan natuurlijk niet: je kind opvoeden voor een tijd die nog komen moet en die jij verzint. Het was niet te voorzien hoe de wereld erover twintig jaar uit zou zien."
Onze zoon past zich aan aan de groep waarin hij zich bevindt en zegt tegen ons: Jullie deden dat ook in jullie tijd.
"Ik weet niet hoe zoon Reinoud zal reageren op die film. Als hij die ziet, barst hij misschien weer los tegen mij, dat ik altijd raar gedaan heb, een huis gekraakt, dingen die niet mogen, die andere mensen niet doen. Hij kan er niet om lachen. Daar zijn mijn kinderen mee opgevoed, dat je andere dingen doet dan andere mensen.
Ik was zelf opgevoed met het idee dat een kind een onbeschreven blad was, een tabula rasa. Kinderen imiteren volwassenen. Jouw gedrag is dus was zij nadoen. Gedrag leer je aan. Nu denk ik heel anders over opvoeding. Het kind is eigenlijk al klaar als het is geboren. Je kunt het nog iets bijschaven. Je kunt het laten zien wat jij niet prettig vindt, of wat de maatschappij niet tolereert.
En dat is het.
Het zijn wel kakkers en dat had ik niet verwacht. Ik kan me heel goed herinneren dat me vroeger het allerergste leek dat ze bijvoorbeeld een sportwagen zouden willen. Ze zijn allebei materialistisch, hoewel dat de laatste jaren alweer bijtrekt. Het zal nog wel goed komen. "Wat wil je later worden?" "Rijk."Dat antwoord van zoonlief beviel Tineke van geen kant. De jongen studeert, sport veel en werkt één of twee keer in de week. Marieke wil carrière maken. Ze zou het liefste in de organisatie van een heel groot, commercieel bedrijf gaan werken. Maar dan wel een bedrijf dat wil investeren in een ontwikkelingsland en ten gunste van dat land.
Wat onze aanpak en die hele periode kenmerkt, was het verstandelijke, dat we toen niet in staat waren om als groep ons gevoel te volgen. Onze zorg was: hoe moet ik het zeggen? Hoe blijft het gesprek open, ook over moeilijke dingen? Het gevoel was weggestopt. Dat was niet goed. Dat was slecht. Toch zou ik het weer zo doen.
"Ik zou het weer precies zo doen, ook omdat ik denk dat de grenzen net genoeg zijn geweest. Wij kwamen uit een situatie met een teveel aan grenzen, dus wij stelden er minder. Maar ze waren er wel. Kijk eens om je heen, hoe het nu is. Het doet mij pijn als ik nu een kind zie dat echt geen grenzen krijgt. Kinderen komen daardoor in de knel."Deze ouders vinden dat het voor die tijd geen slechte manier was om je kinderen op te voeden. Andere ouders hebben verhalen over de jeugd die niet deugt. Nou, daar zijn zij het niet mee eens. Zij zien hartstikke leuke jonge mensen. Laten opvoeders oppassen voor te veel grenzen en te veel structuur.
"Ik vond mijn dochters niet zo politiek bezig. Een poos miste ik dat ze eens wat uitgebreider de krant lazen. Ik dacht: waar voeden jullie je mee? Teleurstellend! Het is dus niet zo dat die crèche-opvoeding het politiek bewustzijn heeft wakker geschud. Nu heb ik daar niet meer zo'n last van. Ik heb die jongeren twee à drie keer per jaar bij mij aan tafel en als ik de discussies hoor, dan sta ik versteld over hoe kritisch de gesprekken gaan. Tot diep in de nacht, alles wordt besproken. Dan denk ik: waar ben ik bang voor geweest?"Dino R was geen ouder, maar wel betrokken bij de Prins Konstantijn:
"We hadden duidelijker grenzen moeten stellen. Het is toch slecht geweest voor de kinderen. Ouders konden de conflicten met hun kinderen niet goed aan. Verbaal waren ze wel, maar niet allen hebben geleerd om goed met conflicten uit de voeten te kunnen.
De discussie ging vaak over het verband tussen het zich veilig voelen van het kind en de duidelijkheid waarmee de ouders regels stellen. Soms overtraden de kinderen een grens waarvan wij niet wisten dat die er lag. Dan gebeurden er ongelukken. Dan stoorden ze zich niet aan wat de weifelende ouder zei. Kinderen willen weten waar grenzen zijn en gaan een stapje verder om die grens te vinden. Aan de andere kant is het heel leuk dat ze zo nieuwsgierig konden zijn.
Ik denk dat de kinderen de meeste last hebben gehad van het feit dat de ouders zelf last hadden van een aantal dingen. Daardoor hadden de kinderen geen goede identificatiemodellen, want die ouders wisselden van partners. Later zullen de kinderen daar wel problemen mee gehad hebben.
De autoriteit werd bij die kinderen zelf gelegd zonder dat er een duidelijke ouderrol werd opgebouwd. Onzekerheid bij ouders uit zich vaak in niet consequent zijn. Ik kon heel consequent zijn: het waren mijn kinderen niet. Consequent zijn is bepaald iets anders dan laissez-faire. Je moet dit wel met een korreltje zout nemen: ik ben zelf geen ouder."
"Noor, als die iets niet wou, dan gebeurde het niet, wat voor opvoeding ze ook had gekregen. Als ze iets niet wou, was het afgelopen. Dan kon je op je kop gaan staan."Jan had de verwachting dat het kind iets met een dergelijke opvoeding zou gaan doen, dat ze zich niet laat beïnvloeden door omgeving of door status, dat ze een existentiële keuze zou maken, dat ze haar eigen normen zou formuleren, onafhankelijk van de omgeving. Hij vindt dat je er bij zijn dochters wel iets van ziet.
"Ik zou het waarschijnlijk weer zo doen als de situatie er naar was."
"De maatschappij is verruwd. Het is ikke, ikke, ikke. Wel rechten, geen plichten. De hele stad staat vol met kinderbakfietsen. Leer die kinderen fietsen. De jeugd van nu is verwend. Met de scooter naar school. Waar halen ze het geld vandaan?
Ik ben behoorlijk links, stem SP, en laat me niet gemakkelijk beïnvloeden. Ik bepaal zelf hoe mijn leven eruitziet. Mensen die dat niet doen, zijn dom; losers.
Deze regering is een regering van niets. Ze bezuinigen op een heel makkelijke manier. Schaf dit maar af, schaf dat maar af. Het gaat alleen nog maar om werken. Maar je leeft niet alleen om te werken!"
"Ik ben blij met wie ik ben, dus met hoe ik opgevoed ben en wat er van me terecht is gekomen. Opvoeden is heel belangrijk, maar ook moeilijk. Ik weet niet of ik dat zo goed zou kunnen als mijn ouders. Ik denk er de laatste tijd best over na. Ik wil wel voor m'n dertigste kinderen krijgen."In 2011 heeft Debbie zelf kinderen die ze graag een veilige omgeving biedt. Maar ze moeten ook begrijpen dat niet alles rozengeur en maneschijn is. Niet alle narigheid is te voorkomen. Vallen hoort bij het leven.
"Mijn ouders hebben meer aan me geschaafd dan me in een mal geperst. Ze accepteerden mijn punkgedrag, al waren ze er niet blij mee. Ze vroegen me wel eens of ik dit of dat nu wel zou doen, maar ze schreven nooit voor hoe het moest en lieten me mijn gang gaan. Misschien ben ik daardoor een beetje onzeker geworden. Andere kinderen hebben soms duidelijke waarheden, met een vader die zei dat iets zus of zo is. Ik kan me goed aanpassen, ook zeg ik af en toe wat ik denk, wat soms hard aankomt. Ik ben wel eens onzeker over hoe ik me moet gedragen. Het is de vraag of dat veel verschilt met iemand die een autoritaire opvoeding heeft gekregen. Voor agressie schrik ik altijd terug. Tegenwoordig vinden ze me een lanterfanter. Een wild type met veel vriendinnetjes en weinig diepgang. Waar ze dat vandaan halen, weet ik niet. Kinderen opvoeden lijkt me leuk en leerzaam. Veel met ze praten lijkt me essentieel. Ik denk dat je jezelf erg tegenkomt als je kinderen hebt. Je komt er natuurlijk achter dat je in sommige opzichten hetzelfde bent als je ouders. Dat je trekjes hebt die te traceren zijn, terwijl je dat niet had gedacht."Dezelfde Alex in 2011:
"Ik heb nu het gevoel in een extreem tijdsgewricht te zijn opgevoed. De jaren zestig en zeventig waren links, altruïstisch, provocerend. Nu komt een andere kant aan bod: zelfverheerlijking, zelfverrijking, het opgeblazen individu, oppervlakkigheid, statussymbolen.
In de tijd van mijn ouders ging het vooral om jukken afwerpen. De regels van nu hebben vaak te maken met populair willen zijn.
Mijn ouders hadden mij meer discipline bij mogen brengen, mijn competenties wat sterker mogen stimuleren. Soms lieten ze mij zo vrij dat ik de kantjes eraf kon lopen. Ik ben alleen gedisciplineerd als ik het nut ervan inzie, en dat kan de creativiteit flink remmen.
Maar ze leerden me wel kritisch te kijken, hadden weinig waardeoordelen. Ze luisterden naar me, ook als ik iets doms zei. Dat gevoel vrij te zijn in het ontdekken, vrij te kunnen denken, je eigen wereld te kunnen maken, is voor mij essentieel."
"Mijn ouders hebben nooit gezegd dat ze iets niet goed vonden of dat ik iets anders moest doen. Ik zag zelf wel of ik iets fout deed en ben nooit echt over de schreef gegaan. Belangrijke beslissingen neem ik zelf en als ik advies wil, ga ik meestal naar mijn vader. Die is daadkrachtiger, heeft sneller argumenten.Lenie in 2011:
Ik ben bang dat het binnen een aantal jaren flink verrechtst. Toch is Nederland nog een goed land. We zijn regelmatig in Frankrijk, de ouders van mijn vriend wonen er, en daar zijn ze nationalistischer, chauvinistischer en intoleranter.
Ik denk dat ik mijn kinderen net zo zou opvoeden als mijn ouders. Maar misschien krijg ik kinderen die meer sturing nodig hebben."
"Mijn ouders waren chaotisch. Ik ben meer een controlefreak, gestructureerder. Ik bepaal hoe laat de kinderen naar bed gaan. Bij mijn ouders was het een groot inloopfeest, maar ze waren ook veel jonger toen ze ons kregen, konden meer aan.
Ik zat op een autoritaire lagere school. Daar ben ik achteraf blij om. Dat paste meer bij de maatschappij. Natuurlijk wil ik dat mijn kinderen zich later staande kunnen houden.
Ik voed mijn kinderen op zoals mijn ouders het deden. Ze krijgen de ruimte om hun grenzen op te zoeken. Als Tamara vraagt waarom iets niet mag en het verbod eigenlijk onzin is, geef ik mijn ongelijk toe. Ik ben geen autoriteit omdat ik de ouder ben. Laatst vroeg ze waarom wij alles bepalen. Nu mag zij elke dag ook iets beslissen, bijvoorbeeld wat we eten. Ik leg veel uit, maar niet alles. Het moet wel binnen grenzen blijven. Je moet er als ouder niet doodongelukkig van worden.
Jongens en meisjes moesten indertijd gelijk zijn. Dat had met het feminisme te maken. Daar hadden ze gelijk in, in die zin dat een kind geen typische jongensdingen opgelegd moet krijgen en een meisje geen specifieke meisjesdingen. Ze moeten zelf kunnen uitmaken wat ze willen of waarmee ze willen spelen. Maar er zijn wel verschillen. Dat zie ik aan mijn kinderen. De jongste is een stereotiep jongetje, met auto's en vliegtuigen. Bij elk hijswerktuig moeten we kijken. In de videotheek kiest Tamara een dvd over Barbie, terwijl ze nog nooit een barbiepop gehad heeft, en hij wil iets over auto's.
Ik heb een stevige basis van zelfvertrouwen. Dat komt, denk ik, niet door de antiautoritaire opvoeding, maar door hoe mijn ouders zijn. Ik hoop dat onze kinderen later ook zo stevig in hun schoenen staan. Daarom stimuleer ik ze in wat ze willen, dan leren ze op zichzelf te vertrouwen. Met opvoeding maak je geen andere maatschappij. In de jaren zestig en zeventig was dat een naïef geloof, erg idealistisch. Zo idealistisch ben ik niet. Al heeft opvoeden misschien maar op beperkte schaal zin, dat betekent nog niet dat je achterover kunt leunen."
"Waarom moesten wij jullie nou zonodig bij de voornaam noemen. Dat had toch wel wat flexibeler gekund? Je was toch ook mijn mamma? Ik had behoefte aan een pappa en een mamma, niet aan een Tineke en Vincent."Als haar vriendinnetjes vragen: "Wat is dat dan, een antiautoritaire opvoeding?" "Dat je zelf mag bepalen hoeveel koekjes je eet en als dan de koektrommel leeg is, krijg je op je flikker."
"Kinderen kunnen niet alles weten en bepaalde beslissingen absoluut niet nemen. Ik kreeg op mijn achtste al kookbeurt. Dat was de eerste keer prachtig, chocolademousse maken, pannenkoeken en alle aandacht. Maar vervolgens waren paps en mams tot zes uur aan het werk en moest ik de boodschappen doen en om zes uur het eten op tafel, eens in de week, op je tiende."Maar toch vindt ze dat ze in een harmonieuze omgeving werd opgevoed, veel aandacht van paps en mams kreeg en dat is heel positief geweest. Het gaat best wel goed met Marieke. Ze zou mijn kinderen niet antiautoritair opvoeden, maar in de basis wel.
We zijn sociaal heel vaardig. We kunnen goed in een groep functioneren.
Suzan:
In hun tijd gingen onze ouders wekelijks naar demonstraties; ze waren behoorlijk politiek. Maar dat is ook die tijd. Ik denk dat het met golfbewegingen gaat. Na ons zal er wel weer een generatie komen die bijvoorbeeld tegen de studiefinanciering tekeer gaat.
Angela:
Ik zou mijn kind wel een groepsopvoeding geven. Je deelt de ouderlijke verantwoordelijkheid dan met andere ouders. Mijn moeder vond dat als alleenstaande ouder heerlijk.
Respect voor de medemens, dat dat van jongsaf aan vanzelfsprekend is. En rechtvaardigheidsgevoel. Dat dat zou ik mijn kind zeker willen geven. Dat gelijke niveau met je moeder vind ik ook heel belangrijk. Ik zeg niet dat je dan fantastische kinderen krijgt. Wel zie ik bij mensen die heel autoritair zijn opgevoed een soort afstand tussen hen en de ouders, soms haat. Altijd het idee dat je moet presteren, dat je je moet bewijzen. Dat heb ik nooit gehad.
Jean:
Dat anti-autoritaire, ik weet niet. Ik zou wel duidelijke regels stellen. Geen discussie dus met een kind van vier als het over zaken gaat die mijn verantwoordelijkheid betreffen. Ik zou het met mijn kinderen anders doen. Met naar bed gaan, dat soort dingen, dan ben ik gewoon degene die dat uitmaakt. Daar is helemaal geen discussie over mogelijk. Ik bedoel, je bent een ouder en je bent niet een speelmaatje. Maar er zullen natuurlijk wel zaken zijn waarover je wel discussieert. Het hoeven geen robots of machines te worden.
Ik zou mijn kind wel in een groep opvoeden. Ik heb een hele leuke tijd gehad. Ik heb er geen behoefte aan te ageren tegen de opvoedingsmethoden van mijn ouders. Dat hebben zij wel gedaan.
Suzan:
In een groep, dat is leuk. Ook om het over de kinderen te hebben. Hoe gaat het daar en hoe pak jij dit aan...? Ik zou er bij de opvoeding in een groep toch meer op letten dat er ook veel verschillen zijn.
Femke:
Ik zou zelf strenger zijn, al lijkt me teveel hiërarchie tussen ouder en kind niet goed. Ik wil dat het kind het gevoel heeft: ik kan alles overleggen. Zoals mijn moeder me opgevoed heeft, daar ben ik voor. Maar dat wil niet zeggen dat een kind altijd het laatste woord moet hebben. Ik wil wel de filosofie van antiautoritair opvoeden, maar niet de praktijk.
De roep om discipline werpt ons terug in het verleden en blokkeert elke vernieuwing van onderwijs en opvoeding. Buebs pleidooi voor discipline herinnert aan alle kwalijke 'deugden' die tot het nationaalsocialisme hebben geleid.De schrijver van het artikel herinnert aan de filosoof Theodor W. Adorno die de kwestie in de jaren vijftig aan de orde stelde: 'Opvoeden na Auschwitz', hoe moet dat? Hij constateert: De Duitsers zijn er nog steeds niet uit.
Van het incasseringsvermogen van kinderen en (sommige) ouders werd veel gevergd, schrijft ze. Ze hadden zich verdiept in de literatuur van de Deutsche A.A.-Kinderladen en ideologisch leek zo'n antiautoritaire aanpak hen heel geschikt. Het resultaat van een dergelijke opvoeding zou geweldig zijn: geen slaafse, saaie kinderen, maar origineel, creatief, vindingrijk, zelfstandig denkend en last but not least politiek bewust en strijdbaar.Ook op Internet, juni 2008, verschijnt een verhaal van Peter de Haan onder de titel: Van anti-autoritair naar a-hiërarchisch.
Dat je voor een dergelijk doel offers moest brengen was geen beletsel. Ondanks het ontbreken van de meest elementaire voorzieningen op het gebied van veiligheid en hygiëne heeft haar dochter aan het verblijf in die kresj geen nadelige gevolgen overgehouden. Zelf heeft de moeder op een van de kresjvergaderingen haar man leren kennen met wie ze al jaren heel kleinburgerlijk en tot tevredenheid mee getrouwd is.
Het draait nu alles om individuele kansen en ontwikkeling. Doe vooral geen beroep op anderen in je omgeving, bemoei je op jouw beurt ook niet met de opvoeding van anderen.In opvoeding zou het om veel meer moeten gaan, vindt De Winter. Opvoeding heeft wel degelijk een rol als het om wereldvraagstukken gaat. De manier waarop kinderen worden grootgebracht maakt groot verschil. Niet alleen voor hun leven hier en nu en de rest van hun bestaan, maar ook voor de manier waarop mensen dagelijks met elkaar samenleven in allerlei sociale verbanden, voor de mate waarin ze bereid zijn actief te participeren in de politieke gemeenschap en uiteindelijk ook voor hun betrokkenheid bij het leven en de problemen van mensen elders in de wereld.
Ik mis de pedagogische vergezichten. Terwijl het ergens over gaat in de opvoeding. Ouders moeten veel ambitieuzer zijn. Ik wil zelf natuurlijk ook dat mijn kinderen zo gelukkig mogelijke zijn. Maar als je kinderen opvoedt met het idee dat zij het centrum van de wereld zijn, dan gaat het mis. Dan krijg je een samenleving die bestaat uit egoïsten.
Kinderen gedijen het best in een rijke, sociale omgeving, met verschillende betekenisvolle volwassenen om zich heen. Zo'n omgeving heet ook wel een village, naar de uitdrukking: It takes a village to raise a child.Het moge duidelijk zijn dat de antiautoritaire opvoeders op de lijn van De Winter zaten.
Ouders en andere opvoeders moeten kinderen respect voor de democratie bijbrengen, door de kinderen te leren kritisch na te denken. Dat is iets anders dan onderhandelingshuishouden, waarin ouders over alles met hun kinderen moeten soebatten.
Wat voor mensen willen we dat onze kinderen worden? Welke idealen willen we aan hen overdragen?
Bedrijven en de overheid zijn ingesteld op gezag en plicht. Dat staat haaks op wat de jongeren die de arbeidsmarkt betreden hebben meegekregen. Die hebben vooral van hun ouders gehoord hoe uniek en belangrijk ze zijn. Iets goed onder de knie krijgen is saai. Het werk wordt minder goed gedaan en het productieproces gaat achteruit.Dit is een zeer opmerkelijke notie in relatie tot de antiautoritaire gedachte. Als er nu iets was wat de antiautoritaire ouders wilden veranderen, dan wel dat kinderen via opvoeding moesten aanpassen aan de bestaande (kapitalistische) maatschappij. Spangenberg legt zich blijkbaar neer bij de gegeven, niet te veranderen samenleving. Dat kinderen bij hun opvoeding enige kritische noties daarover mee zouden krijgen lijkt hij niet voor mogelijk te houden. Wat een verschil met toen.