Moleculen, nomenclatuur

Bij de nomenclatuur van moleculen gebruikt je vaak voorvoegsels: mono, di, tri, enz.

Voorbeeld: N2O4 wordt genoemd: distikstof tetraoxide.
Het gebruik van voorvoegsels beperkt zich tot die situaties waar verwarring kan optreden bij het weglaten ervan.

Meer voorvoegsels:

mono, di, tri, tetra, penta, hexa, hepta, octa, nona, deka

Voorbeeld:
"koolstofoxide" is niet genoeg als naam, omdat er twee van bestaan: CO en CO2
CO noemen we kool(stof)mon(o)oxide en de ander is kool(stof)dioxide. De delen tussen haakjes worden informeel vaak weggelaten in de naamgeving.
Moleculen van een element met waterstof krijgen vaak traditionele namen als ammoniak, water, methaan, en meer.

In de organische chemie bestaat een heel uitvoerig systeem met voorvoegsels.

Meta, eta, propa, buta en dan verder zoals bekend: penta, hexa, nona, deka enz.