ELEMENTEN

Inleiding en definitie van het begrip ELEMENT

Dit is een module over de chemische elementen, of wel: de elementaire stoffen van de materie.
Van deze bouwstoffen zijn er in de hele natuur nog geen honderd verschillende.
Een van de eerste dingen die je moet kennen zijn de symbolen van deze elementen. Natuurlijk kun je die in tabellen opzoeken, maar een beetje scheikundecursist moet er er een flink aantal uit het hoofd te kennen.

Wie kent bijvoorbeeld niet H2O, water, dat is opgebouwd uit de twee elementen: H (waterstof) en O(zuurstof)?

Vervolgens moet je weten dat je al die elementen onder kunt brengen in het zogenaamde periodiek systeem. Daarin heeft elk element zijn eigen plekje. Dat plekje heeft te maken met wat je in module 01 tegenkwam: de valentie-elektronen en het aantal hoofdschillen per atoom.
Je zult zien dat in het Periodiek Systeem vier blokken bestaan: s, p, d of f (zie hierover verderop in deze module)
Dat Periodiek Systeem (PS) heeft een vereenvoudigde versie, waar niet alle elementen in staan.
Dit simpele PS bevat alleen de blokken s en p, in de zogenaamde hoofdgroepen. De plek van elk element in het PS kun je vaststellen aan de hand van de elektronenstruktuur van het atoom.


Ter oriëntatie is het leuk om de volgende website te bekijken over de elementen en hun plek in het PS:
alle elementen op hun plek


Opdracht 1
Hoeveel verschillende atoomsoorten kunnen we in de natuur tegenkomen?

In deze module 02 ga je iets lezen over de geschiedenis van enkele elementen.
Beschouw de elementen maar als bouwstenen van de materie, als elementaire stoffen die elk zo hun eigen atoomsoort hebben.
De plaats van een element in het PS (het vereenvoudigde alsook het complete) moet je zelf vast kunnen stellen als je de elektronenstructuur van het atoom kent.
Daarnaast leer je in deze module iets over het begrip "elektronegativiteit". Dat is een zeer belangrijk begrip om sommige eigenschappen van stoffen te begrijpen. Daarbij moet je vooral denken aan de chemische bindingen die zo'n element wil aangaan (zie hiervoor module 03).
Je leert tabellen lezen en grafieken interpreteren in deze module.
Natuurlijk hebben we het over de metalen en niet-metalen. Het verschil tussen een element en een verbinding komt later, in module 05.


Nu maar eens proberen een definitie van element te geven:

Het chemisch element is een stof die met chemische middelen
niet meer verder te ontleden is in andere stoffen.
Elk element heeft een eigen atoomnummer en een eigen symbool
Elk symbool is een hoofdletter, soms met een kleine letter






terug naar start